Er is met voorzichtige tevredenheid gereageerd op het energieakkoord dat kabinet, werkgevers, vakbonden en milieuorganisaties afgelopen vrijdag hebben bereikt. Na 7 moeizame maanden zijn de betrokkenen het op hoofdlijnen met elkaar eens geworden.
De partijen hebben onder meer afgesproken in 2020 14% van de energie duurzaam op te wekken. Dat is 2% minder dan in het regeerakkoord staat. Oude kolencentrales sluiten en windenergie krijgt een flinke impuls. Belastingmaatregelen gaan zonne-energie aantrekkelijker maken en de investering van 400 miljoen in de isolatie van oude huizen zou 15.000 banen in de bouw moeten opleveren.
Werkgevers- en werknemersorganisaties hebben dan ook tevreden gereageerd, net als de meeste natuur- en milieuorganisaties. Ook de VVD en PvdA zijn positief. De oppositiepartijen zijn kritisch: zij vinden de inhoud niet concreet genoeg en wachten nu eerst de uitwerking en doorberekening van de plannen af. Het eindresultaat wordt naar verwachting eind augustus gepresenteerd.
Dat de meer dan 40 betrokken partijen nader tot elkaar zijn gekomen, mag een klein wonder heten. Op cruciale punten stonden partijen lijnrecht tegenover elkaar. Door extra druk van partijen die niet aan het overleg deelnamen, liep de spanning in de polder zelfs nog hoger op. Minister Kamp is dan ook opgelucht dat nu alvast het “belangrijkste punt is gepasseerd”.